Wie betaalt je studie?

Studeren brengt veel kosten met zich mee. Elke student betaalt verplicht collegegeld. Daarbovenop komen alle extra kosten nog voor het lopen van stage, practica en studiematerialen. Zo kom je uiteindelijk uit op een flink bedrag. Maar wie gaat dat allemaal voor je betalen?

Collegegeld

Elke student betaald collegegeld. Dit is een verplichte bijdrage voor als je studeert. Voor de hogeschool of de universiteit is dit een bedrag van ruim € 2000, -. Maar dit bedrag is pas het begin. Uit onderzoek van het Nibud blijkt dat je als student gemiddeld ruim € 1000, – per maand kwijt bent. Dit betreft kosten voor je eigen zorgverzekering, de aanschaf van studieboeken en materiaal, vervoerskosten naast het ov, je telefoonabonnement en geld dat je kwijt bent aan dingen doen in je vrije tijd. Als je dan ook nog de mazzel hebt dat je op kamers kan, komen die kosten daar nog bovenop. Zo kom je op een flink bedrag per maand.

Wie betaalt?

De meeste van de studenten heeft een bijbaantje naast hun studie. Ze werken in de horeca, retail of supermarkt. Daar verdienen ze vaak geen vetpot mee en dat dekt de kosten van het studeren dan ook niet. Door het extra moeten werken om het geld toch bij elkaar te krijgen, is er een grotere kans op stress en dat er studievertraging opgelopen wordt.

De overheid gaat er dan ook vanuit dat ouders meebetalen aan de studie van hun kind. Dit gebeurt in veel gevallen ook. Toch zijn er genoeg ouders die dit geld niet kunnen missen en daarom is er besloten dat studenten financiële ondersteuning krijgen van de overheid. Dit gebeurt door de studiefinanciering.

Studiefinanciering

De overheid gaat ervan uit dat studenten, hun ouders en de overheid samen de kosten van de studie delen. De overheid doet dit door middel van het aanbieden van een lening met zeer lage rente. Dit is de studiefinanciering. Mochten ouders niet bij kunnen springen, dan kan er een aanvullende beurs aangevraagd worden.

Deze studiefinanciering is in de afgelopen jaren nogal veranderd. Tot 2014 was er een basisbeurs. Je leende geld van de overheid en als je binnen 10 jaar afstudeerde, werd deze lening omgezet naar een gift. Dit is in 2015 omgezet naar het leenstelsel. Je krijgt geen geld meer van de overheid, maar je kunt het wel tegen een lage rente lenen. Het terugbetalen ervan kun je uitspreiden over een periode van 35 jaar. Dit systeem heeft tot veel kritiek en protesten geleid.